top of page

De prinsen die de Susuhunan Paku Buwono X van Soerakarta (Solo) op de bruiloft van prinses Juliana in Brussel vertegenwoordigden. V.l.n.r. Prins Pangeran Ario Soerio Hamidjojo (vader van B.R.M. Soerio Roseno) - zijn vrouw Raden Ajoe - Baron Van Voorst tot Voorst, Kanselier van de Nederlandse Legatie in Brussel - Prins Pangeran Ario Soerio Diologo. De eerste werd door de koning ontvangen. 28.I.1937 (Bron: cegesoma.be)

!!!! THIS SITE IS UNDER CONSTRUCTION !!!!

De periode na Robert Long

IN VOGELVLUCHT HET MUZIKALE

"SIXTIES" VERLEDEN

Vanwege zijn moeilijk uitspreekbare achternaam “Soerioroseno” gebruikte Roy vroeger gemakshalve de naam van zijn moeder namelijk “Smith”. In de laatste periode van de lagere school heeft Roy samen met enkele buurjongens uit Maarssen, Rien van Schaik en Tonny Beljaars, een bandje opgericht: “The Rieroton Boys”. Na de lagere school bezocht Roy in Utrecht de middelbare school. Toevallig fietste hij dagelijks op met een jongen die op de Handelsschool zat. Deze Gerrit Hol kwam op het idee om met zijn broer Albert (inmiddels de ex-man van Bonny St. Claire) een band te beginnen. Met Gerrit als drummer en Albert als basgitarist (twee leden die beter bekend zouden gaan worden onder de nicknames "Mouse" en "Meep" bij de veel latere "(Unit) Gloria", startten Roy, Gerrit, Albert en Tonny in de tijd van de "Indo-rock" met "The Yelping Jackals". De zang werd toen verzorgd door Hans Rietveld.

The Yelping Jackals traden toen, het is dan 1961, veelvuldig

op via het "Artiestenpalet". Roy kwam tijdens een optreden

in Trianon op de Oudegracht in Utrecht buiten Sandra Remer

(toen met vlinderbril) ook een andere artiest tegen.

Deze “Tom Hark” had een vocale act, namelijk een nummer van Cliff Richard: "It'll be me". Een week na dit optreden werd (Jan Gerrit) Bob (Arend) Leverman, want zo heette die jongen officieel, door "The Yelping Jackals" benaderd om het zangrepertoire op zich te nemen. Tom Hark stemde hiermee in,maar natúúrlijk moest er een andere artiestennaam worden verzonnen en deze werd dan "Bob Revvel", een naam die hij later weer veranderde in Robert Long.

Met nostalgie blikt Roy nu terug en het is dan 1962.

"Bob Revvel and The Yelping Jackals" verzorgden dank zij manager Tonny van Soomeren veel optredens in het hele land en waren buiten Utrecht eigenlijk veel bekender dan binnen de stadsgrenzen.

Bijna tweewekelijks waren "The Yelping Jackals" te beluisteren op de radio in programma's als: "De Springplank" (KRO) en "Amateurs, de microfoon is voor u" (AVRO).

Zoals in die tijd voor bands gebruikelijk was, hadden "The Yelping Jackals" ook veel optredens in Duitsland, een land waar toen veel Nederlandse bands hun heil zochten.

Toen in 1966 Gerrit in militaire dienst moest, werd hij vervangen door drummer Fred Rorive, en werd de naam van de band veranderd in "Bob Revvel and The A-One" dit ook omdat zijn broer Albert uit de band werd weggekocht. Voor hem in de plaats kwam Philip van Putten als bassist.

Na enige tijd werd Tonny Beljaars wegens huwelijk vervangen door Paul van Schaik. In 1966 werd de eerste single onder het Decca-label geperst ("It takes time" en "I need love").

Nog geen week voor de ingebruikname van het tweede TV-net (1967), kwamen "The Yelping Jackals" voor het eerst op de televisie in het zwart-wit programma "Waauw", toen gepresenteerd door Theo Stokkink. Navraag nu leert dat de Ampex-tapes waarop dit programma was opgenomen, helaas verloren zijn gegaan tijdens een grote studiobrand in Bussum. Gelukkig zijn er nog wel foto's van dit TV-optreden bewaard gebleven.

Op zaterdag 2 december 1967 meldde het Utrechts Nieuwsblad dat "Gloria" erin geslaagd was Bob Revvel van "The A-One" te strikken. Roy en de overige leden van "The A-One" zijn toen tot 1968 doorgegaan, waarna de band werd ontbonden.

Na een muzikale rustperiode van bijna een jaar werd Roy in 1969 door Fred Rorive benaderd om in de Utrechtse beatgroep "Joy and The Moodies" als sologitarist te komen spelen. In deze groep heeft Roy minimaal twee optredens per week gehad, en dit gedurende de daarop volgende 7 jaar.

De toenmalige slaggitarist/organist Rob Ebbeling heeft nu z'n eigen muziekzaak in Utrecht. In het verlengde van "The Moodies" kwam Roy met nagenoeg dezelfde bandleden in "Root Mean Square".

Na "Root Mean Square" begon hij in 1978 een country and western- groep die de naam "Thorn Company" kreeg. In deze periode kwam hij weer Jan Viëtor tegen, een drummer die een blauwe maandag bij "The A-One" had meegespeeld. "Thorn Company" heeft tot 1981 bestaan.

Als foto-/filmcorrespondent van het AD en NOS-journaal had Roy onder meer de Alblasserwaard als werkterrein. Zodoende kwam hij in contact met een leraar van de Vakschool te Schoonhoven, die hem vroeg in "30+" te komen spelen. "30+" is een viermans band (natuurlijk met leden van boven de dertig) die hoofdzakelijk het Shadows-repertoire speelde.

Net toen het met "30+" veelbelovend verliep, werd Roy begin 1982 door voormalige leden van een Utrechtse groep benaderd om samen "F.B.I." gestalte te geven.

In 1983 werd door Philips een solo-single van Roy onder zijn artiestennaam "Roydon" uitgebracht (Philips 814 202-7: "Once Upon a Summer" en "Flying Dreams"), die hij in zijn eigen studiootje met de drumpartijen van Fred Rorive heeft opgenomen.

Roy was en is nog steeds op zoek naar een eigen gitaargeluid. Dit is dan ook de reden waarom hij los van "F.B.I.", waarbij het hem aardig lukt de "oude" sound van Hank Marvin te produceren, druk met soloprojecten bezig was. In nummers van zijn eigen single en "So Sad" op een compilatie-LP is dit eigen geluid goed te horen.

Zonder medeweten van de overige leden van The Shadows heeft Hank B. Marvin in 1991 gekozen voor een solocarrière. Om die reden heeft Bruce Welch (rhythm guitarist van The Shadows) medio 1993 besloten om een andere instrumentale groep op te richten onder de naam "The Moonlight Shadows". Hij heeft uit het grote aanbod van sologitaristen in Europa uiteindelijk Roy uitgekozen.

Een ander hoogtepunt van Roy vormt de contacten die hij nu ook heeft met Jet Harris, de allereerste basgi­tarist van The Shadows. Nadat Jet Harris zich stortte op het maken van een come-back, heeft hij uiteindelijk F.B.I. als beste begeleidingsgroep benaderd, om een aantal eerste come-back concerten in Nederland te verzorgen.

Roy speelde ook enige jaren bij "Johnny Lion & The Jumping Jewels" met wie hij in december 2003 nog op tournee is geweest in Singapore. Ook speelde hij bij "Johnny Kendall & The Heralds", van wie in 1993 een CD is uitgebracht. Na een lange periode van bijna 20 jaar werd “FBI” in 2000 ontbonden en is Roy daarna als gastspeler tot november 2008 bij “The Starfighters” uit Gouda sologitarist geweest.

In januari 2009 werd Roy door Wim van de Water benaderd om in zijn band “The Red Strats” te komen spelen. Gezien de grote affiniteit van alle bandleden met het repertoire dat destijds door Cliff Richard & The Shadows werd gebracht, ging Roy akkoord en hoopt als sologitarist nog voor een lange periode een positieve bijdrage te mogen leveren.

Favoriet uit zijn verzameling Fender Stratocaster gitaren is een exemplaar van augustus 1958 die hij bij “The Red Strats” gebruikt en aansluit via een Vox-echo op een Vox AC-30 (Twin).

Het werkzame leven

Cameraman diverse media/omroepen

Het familiearchief

Zo vader, zo zoon

Klik hier om de titel te bewerken

Klik hier om de tekst te bewerken

Het diner in de Ridderzaal

  • Huwelijk prinses Juliana. Diner door de regering aan de Indische Vorsten aangeboden in de Ridderzaal. Dr. H. Colijn spreekt. Links van Colijn: G.K. Ratoe Timoer, echtgenote van de Mangkoe Nagoro VII. Derde links van Colijn: B.R.A. Soerjohamidjojo. Tweede rechts van Colijn: G.P.H. Soerjohamidjojo van Soerakarta. Vierde rechts van Colijn: K.G.P.A.A. Praboe Soerjodilogo van de Pakoe Alaman van Djokjakarta
  • Haagse Beeldbank foto Salomon, Erich
  • Datering 1-1937
bottom of page